Stand van zaken programma VGO-III

Sinds 2018 wordt binnen het programma Veehouderij en Gezondheid III (VGO III) onderzoek gedaan naar het mogelijke verband tussen het wonen dichtbij geitenhouderijen en het vaker voorkomen van longontstekingen. Het onderzoeksprogramma heeft meerdere vertragingen opgelopen, waardoor de onzekerheid onder geitenhouders voortduurt. De onderzoekers gaan ervan uit dat in het najaar van 2024 verschillende deelonderzoeken zijn afgerond. Dat blijkt uit gesprekken die eind juni zijn gevoerd door de opdrachtgevende partijen van het onderzoek.

 Huidig onderzoek
In het huidige onderzoek moet de “waarom-vraag” beantwoord worden: waarom komen er vaker longontstekingen voor in de buurt van geitenhouderijen? Is de oorzaak hiervan daadwerkelijk terug te herleiden naar het geitenbedrijf of is er een andere verklaring te vinden? Door omstandigheden heeft dit onderzoek meermaals vertraging opgelopen. Desalniettemin hebben de onderzoekers een methode gevonden waarmee zij verwachten extra kennis te kunnen vergaren over een mogelijke oorzaak. De resultaten worden geanalyseerd en de rapportage wordt – zoals afgesproken – eind 2024 verwacht.

Het uitblijven van wetenschappelijke inzichten maakt dat alle betrokkenen met onbeantwoorde vragen zitten. LTO vindt het daarom belangrijk dat omwonenden, maar ook boeren en hun gezinnen, duidelijkheid krijgen of er een causaal verband is tussen geitenbedrijven en longontstekingen.

Achtergrond
In 2017 verscheen het rapport VGO-II, waaruit bleek dat bij mensen die rondom geitenbedrijven wonen iets vaker longontstekingen voorkomen dan bij mensen die in de buurt van andere veehouderijen of niet in de buurt van veehouderijen wonen. Omdat onduidelijk is welke oorzaken hier aan ten grondslag liggen, zijn in 201 vervolgonderzoeken gestart. LTO vindt dit waardevolle onderzoeken: door op zoek te gaan naar oorzaken, kunnen boeren gerichte maatregelen nemen om mogelijke risico’s te verkleinen indien deze bij de bedrijven ligt. Bovendien kunnen onzekerheden over de effecten van de veehouderij voor de gezondheid van de veehouder en zijn naasten, en de volksgezondheid mogelijk worden weggenomen.